10/8/2016 Een gedachte voor mijn kind: Leven tussen twee werelden is accepteren dat ik altijd anders ben dan de mensen om mij heen.
'Sambal bij?' Deze vraag herinnert mij aan het feit dat ik er anders uit zie dan de meeste personen in mijn omgeving. Wanneer ik opsta weet ik dat ik die dag meestal geen persoon zal spreken die dezelfde huids- en haarkleur heeft als ik. De taal die ik als eerste sprak hoor ik maar een paar keer per week van een ander. Dat is meestal mijn moeder.
Al zou ik op vakantie zijn in de stad, waar mijn ouders zijn geboren. Dan word ik er zelfs aan herinnerd dat ik anders ben. Ik lijk op de mensen die ik tegenkom, maar zodra ik spreek weten anderen dat ik anders ben. Ik blijk een accent te hebben.
Het anders zijn is voor mij geen dramatisch gevoel dat gepaard gaat met gevoelens zoals minderwaardigheid. Het is eerder een prikje van vervreemding. Ik voel mij een Nederlander, maar ben niet blond. Ik zie er uit als een Chinees, maar voel mij niet verbonden met de waarden van de bijbehorende cultuur.
Jij, mijn kind, bent vlees noch vis. Je bent te gekleurd vergeleken met de meeste mensen die in onze woonplaats wonen en te licht vergeleken met de mensen in de stad, waar jouw opa en oma zijn geboren. Waar ter wereld jij ook zal komen, op het oog ben jij altijd anders dan de inwoners daar.
Anders zijn hoeft niet bijzonder te zijn, maar is een situatie die iedereen kan overkomen. De meeste mensen hebben deze ervaring, alleen wanneer zij op vakantie zijn. Voor jou en mij is deze ervaring een dagelijkse praktijk.
Ik word meestal niet koud of warm van het anders zijn. Ik heb gekozen om tegelijkertijd een hoger beroeps- en universitaire opleiding te volgen en af te ronden. Dat bleek in de tijd dat ik studeerde redelijk ongewoon te zijn. Jouw papa en ik zijn niet getrouwd, wat niet gebruikelijk is in de tradities van jouw opa en oma: mijn ouders.
Ik heb mijn eigen keuzes gemaakt, waarvoor ik bereid ben om de verantwoordelijkheid te dragen. Ook al voel ik pijn, wanneer jouw oma mij een gouden ketting cadeau geeft die zij twintig jaar geleden gekocht heeft voor de dag dat ik zou trouwen. Het voelt dan alsof ik haar een grote vreugde heb onthouden, ook al weet ik dat jij voor haar ook van onschatbare waarde bent.
Ten aanzien van mijn uiterlijk is de situatie van vervreemding mij overkomen. Ik draag hierbij de gevolgen van de keuzes, die jouw opa en oma hebben gemaakt. Zij hebben een wereld gekend waar zij een onderdeel van mensen waren met hetzelfde uiterlijk en hebben besloten om te emigreren naar een ander continent.
Het gevolg is dat ik niet de complete tradities kon opnemen van de ene of de andere wereld waar ik mee verbonden ben. Die ene kon ik niet eigen maken, omdat die niet ver genoeg kon doordringen in mijn opvoeding. Van de andere wereld kon ik mij losmaken, omdat de afstand tot de traditie te groot was ondanks de waarde die mijn ouders daaraan hechtten.
Leven tussen twee werelden is voor mij accepteren dat ik altijd anders ben dan de mensen om mij heen. Het komt zelfs vaker voor dat ik in mijn stad in het engels wordt aangesproken, terwijl ik nu al tijden een gemeenteambtenaar ben.
Als anders zijn niet meer bijzonder is, dan biedt het leven tussen twee werelden mogelijkheden. Elke dag kan ik kiezen tussen datgene uit de twee werelden wat mij bevalt. In de ochtend kan dat een broodje pindakaas zijn en in de middag bamisoep. Om mijn energie kwijt te kunnen, ga ik kickboksen en voordat ik naar bed ga, kom ik tot rust met qi gong. In de ochtend is het mijn streven om jou chinees te leren en de rest van de dag nederlands.
Een leven tussen twee werelden met ruimte en mogelijkheden is helaas niet ieder persoon gegund. Soms is het niet anders dan dat je die ruimte en mogelijkheden met vallen en opstaan moeten afdwingen. Ook al kan het anders zijn gewoon zijn, het kiezen en daarvoor de verantwoordelijkheid nemen kan hard werken zijn.
Op het moment dat anders zijn gewoon is, wil ik je laten zien dat in dat anders zijn een kracht schuilt. De kracht om de mogelijkheden te kiezen die bij jouw eigenheid passen en die niet zozeer voortkomen uit culturele of familiaire tradities. Ik zie graag dat jij je eigen weg gaat, wat dat ook moge zijn: ergens bij horen of gewoon anders blijven.